Films en seriesFilms en series

vrijdag 1 oktober 2021

Gespannen op een lege maag

Elke nieuwe Bond-film is een vreemde eend. Het zet alles wat je van Bond denkt te weten op scherp; een nieuw hoofdstuk in de al bijna zestig jaar durende saga. Na het zien van No Time to Die is dat niet anders. De film moet indalen. Worden herkeken en herijkt. Het moet rijpen. Pas dan kun je eerlijk oordelen. Dat is na één keer onmogelijk.


Mijn eerste indruk: ik ben eerlijk gezegd een beetje teleurgesteld. Ondanks dat er elementen in de film voorkomen die ik al wist of had gehoopt, knaagt er ook iets. Voor de zoveelste keer zijn mijn verwachtingen veel te hoog. Een Bond-film moet van het kaliber Casino Royale of Skyfall zijn om écht te imponeren. In dat licht vielen alle andere Bond-films sinds GoldenEye (de eerste die ik in de bioscoop zag) tegen.

Ik wil die verwachting graag temperen. Met iets grotere afstand naar het eindproduct kijken, op een relaxte manier als dat een beetje kan.

Dat kan dus niet. Ik ben té gespannen voor een nieuwe Bond-film. Dinsdag, vlak voor de première-avond in Tuschinski, treuzelt mijn vriendin met haar make-up. Ik schiet ondertussen wortel, wil haar niet opjagen (want ik weet wat dat voor tegenwerkend effect heeft), maar ik kán niet anders. Mijn gezicht strak. Op iedere vraag een snibbig antwoord.


Ik heb het ook druk gehad die dag. Vroeg opstaan, naar het werk, daar iets eerder weg dan normaal. Niet om in mijn tuxedo te schieten, maar om 3FM te woord te staan. Een redacteur belde die middag voor een gesprekje tegen het eind van de middag. Graag met webcam, want radiotelevisie. Het komt eigenlijk heel slecht uit. Nu ben ik de beroerdste niet, en iemand moet het doen, dus ik neem thuis plaats met de poster van No Time to Die op de achtergrond.

Het wordt een geanimeerd gesprek met Frank van der Lende, dat gelukkig wel. Maar de tijd verstrijkt en ik heb beloofd nog wat boodschappen te doen, ik wil nog even douchen, ik kan mijn goede sokken niet vinden (zijn deze nu donkerblauw of zwart?) — en maar op mijn klok kijken.


Oké, over twee uur gaat de zaal open, over drie uur begint de film. Maar ben je te laat, dan zijn de deuren gesloten. Het beleid is streng. Werkt mijn corona-app eigenlijk wel? Waar is mijn legitimatie? En mijn vriendin heeft haar toegangskaartje nog niet binnen! Nog steeds niet? Check ook eens je spam. Niks.

Contact met de online hulpdienst Livecrowd. Daar zijn ze gelukkig behulpzaam. Nogmaals alle inkomende mails gescand. Ook de reutel aan spamberichten. Terwijl Livecrowd bezig is met het voorbereiden van een nieuw entreebewijs (en ik moet nog naar de supermarkt, en ik wil nog douchen, en ik zoek zwarte sokken die niet te blauw zijn), vindt mevrouw haar toegangsbewijs alsnog! Ik laat het maar even zo terwijl de hulptroepen bezig zijn een nieuw online kaartje te fabriceren.

Boodschappentassen mee, op stel en sprong naar de AH. Onderweg krijg ik bericht van de nooddienst dat de nieuwe ticket is geregeld, met excuses voor het wachten. Ik antwoord dat we zo gaan checken. Althans, dat had er moeten staan. In de gauwigheid typ ik enkel aubergines en perziken. Maar hartelijk bedankt!

Bij AH komt vervolgens een wervelwind binnen. We eten die avond blijkbaar kattenvoer, veel meer dan Gourmet zit er niet in mijn winkelmandje. Tonijn en zalm, altijd lekker op een toastje.

Bij thuiskomt blijkt de nieuwe QR-code van de ticket precies dezelfde te zijn als de oude. Allemaal onnodige stress. De boodschappen in een hoek, ik onder de douche, wat een moment van bezinning had kunnen zijn. Maar niet met de nieuwe Bond-film binnen twee uur binnen handbereik! Ik wil toch écht over een halfuur weg.


Half nat schurend mijn tuxedo in, sokken van een bepaalde kleur erbij, mijn wederhelft mopperend op haar mascara. Het klontert teveel, de kleur is niet goed, ik zie er niet uit! Je bent prachtig, maar alsjeblieft: hurry up een keer!

Ik stel voor om op de fiets te gaan.

Dat schiet in een verkeerd keelgat. En haar jurk dan? En haar haar? Wil ik soms bezweet aankomen? Zo elegant als nu hadden we nooit eerder tegenover elkaar gestaan. Nee hoor, dit is een première. Rode lopers, champagne. We nemen een taxi!

Wanneer ik die dan kan bellen? Nu nog niet natuurlijk, ze is nog niet klaar. Staat straks die taxi te tringelen, terwijl er nog lippen moeten worden gestift, eau de colognes moeten worden gesprenkeld. Goed. Ik wacht wel (weer).


IJsberend met mijn klikklakschoenen, kijkend naar de tijd. Een vrouw voor de spiegel, geen vervoer. Zullen we dan met de tram? En dan vanaf de halte weer een kwartier lopen!? Op pumps!? ...Alsof mijn schoenen zo lekker zitten.

Met nog een kwartier voor de door mij geplande vertrektijd de taxi gebeld. En hoe laat ongeveer is zo snel mogelijk? Zo snel mogelijk meneer. Maar is dat tien minuten, vijf minuten, een kwartier? Zo snel mogelijk is zo snel mogelijk, daar is geen speld tussen te krijgen.

En zo snel mogelijk is-ie, de taxi. Zo hé. Ik had mijn legitimatie nog even willen checken, maar de meter loopt al. Vroem, op naar Tuschinski. Wat kan er nu nog misgaan?

Misschien een anticlimax: een kwartier later zet de taxi ons netjes af bij De Munt. Veel te vroeg natuurlijk, maar we zijn er! Opgedirkt als celebrities schrijden twee knorrende magen over de zwarte loper het statige Tuschinski binnen. Een Bolinger-champagne als welkomstborrel ruil ik snel in voor een andere sponsordrank. Maar waar is dat buffet? De Engelse snacks? Ik lust inmiddels wel wat.


Drank is er in overvloed, qua knabbelgerei valt het toch wat tegen. Ik kom daar uiteraard niet om te eten, maar ik heb gewoon honger! Bij eerdere premières van minder belangrijke geheim agenten is er altijd voedsel in overvloed.

De goodiebag biedt enige uitkomst: popcorn, macarons, nootjes, watertje. Hap slik weg en wachten. Wachten tot de zaal eindelijk een keer vol loopt. Wie zijn al die mensen? De meeste gezichten: geen flauw idee. Komen die wel voor James Bond? Veel haast om naar hun plaatsen te gaan lijken ze niet te hebben. Een goedbedoelde zangeres op het podium met Bond-nummers, een speciale lichtshow, Edsilia Rombley met een welkomstwoord… En maar wachten en wachten. Moe, hongerig en nog steeds geen film.


Dan, de lichten doven, eindelijk! Het scherm opent, in de startblokken voor de gunbarrel. Hallo iedereen! Het is Daniel Craig. Hij heet ons van harte welkom. We zijn de eerste in de hele wereld die, gelijk met al die andere eersten, de film mogen zien. Op het grote scherm. Daar waar No Time to Die voor is gemaakt. Vandaar dat we zo lang moeten wachten: anderhalf jaar plus die paar uur in de cinema. Geniet ervan!

Nou, een rollercoaster is het zeker. Maar echt genieten van een Bond-film lukt mij gewoon niet de eerste keer. Daarvoor moet ik toch minder gespannen zijn.

Blij dat ik de film ein-de-lijk heb gezien, dat honderd procent. De volgende ochtend mag ik gelukkig nog een keer. In IMAX 3D. Ik moet zeggen: het bevalt me deze keer een stuk beter. Ik ben relaxter, ben tijdens de lange zit zelfs nog even naar de wc geweest, en ik zie een betere film dan de avond daarvoor. En er zijn grote koeken met dikke stukken chocola. Het kijkt toch een stuk prettiger op een gevulde maag.

Deze column verschijnt ook bij James Bond Nederland.

Lees hier de review van No Time to Die.

Geen opmerkingen:


© Bond Blog 2009 — 2024
Alle fotorechten voorbehouden aan Danjaq LLC. / Eon Productions, United Artists Co., MGM Studios, Columbia Pictures, 20th Century Fox Home Entertainment, Sony Pictures Inc., Universal Pictures