Na tien jaar trouwe dienst was hij ineens zomaar weg, om voorlopig niet meer terug te komen: componist David Arnold. Bond-fan, Barry-adept en onder alle omstandigheden een beleefde Brit.
Daar waar John Barry’s ego de Big Ben oversteeg, is David Arnold altijd het sullige neefje gebleven die iedere keer weer blij was dat hij een muziekje mocht maken voor James Bond. De twee componisten zijn als appels en peren, maar de connectie ‘Bond’ is bij beiden sterk aanwezig. Samen bestrijken ze zestien van de 25 Bond-scores.
Nadat Arnold na Quantum of Solace voor geen enkele Bond-film meer is gevraagd, bleef hij wel bevriend met de producenten. Waarom ook niet. Er was voor zover bekend nooit een onvertogen woord tussen componist en filmmakers gevallen. Naar eigen zeggen kon Arnold eindelijk weer eens onbevangen naar een nieuwe Bond-film kijken. Dat tekent de echte gentleman.
Op Twitter deed David Arnold zich voor als fervent biscuitjeseter; een minzaam persoon die graag een lolletje trapt en het leven verder niet zo serieus neemt. Op filmscoregebied bleef het langere perioden rustig, voor tv scoorde hij nog het een en ander. Bond was passé voor hem. In het kielzog van regisseur Sam Mendes kwam Thomas Newman, toch van een compleet ander kaliber. De Bond-muziek leek ineens volwassen.
Nu na tien jaar luisteren ben ik een enorm bewonderaar van de Bond-muziek van Newman. De klank van James Bond in Skyfall en Spectre reikt naar een hoger niveau. Minder van dik hout. Waarmee ik David Arnold absoluut niet te kort wil doen, maar Thomas Newman is een klasse apart.
Thomas Newman, David Arnold (en Tommy Pearson van Classic FM)
Of met Newman de Bond-sound in tact is gebleven, is een andere vraag. Met het verstrijken der jaren heeft Casino Royale als top 3-film plaats moeten maken voor Skyfall, en dat allemaal vanwege de muziek.
Maar nu. David Arnold is weer helemaal terug. Hoewel er over zijn deelname aan Bond 26 nog niets bekend is (over een toekomstige Bond-film is enkel gesproken over ‘een mogelijke startdatum’ van ‘ergens in 2024’), en of daar überhaupt sprake van gaat zijn, maar Arnold is de man die het complete zestigjarige jubileummuziekfeest van 007 op zijn zestigjarige schouders heeft genomen. Had John Barry nog geleefd en in goede doen (zie John Williams), dan had de eer hem toegekomen. Obviously. Arnold is het levende alternatief, dat laatste was wel een voorwaarde voor de organisatie van een feestje.
En een feestje werd het. Veel lof over de optredens, met name die van de originele artiesten (Shirley Bassey, Garbage, Lulu, Hans Zimmer, en dat was het), waarbij vooral het feest der herkenning zegevierde. Judi Dench kondigde de artiesten aan, Nicholas Dodd dirigeerde het orkest. Dat doet hij altijd voor Arnold, de componist kan dat zelf niet, in tegenstelling tot John Barry en Thomas Newman en iedereen daar tussenin die de baton wel wisten te hanteren.
Nicholas Dodd en John Barry
Zo’n concert is niet in een middagje samengesteld. Arnold moet daar lange tijd mee bezig zijn geweest. Het belletje naar Shirley Bassey was zo gepiept, die heeft niet eens een telefoon nodig om zich verstaanbaar te maken. De rest was duwen en trekken. Paul McCartney (geen tijd), Adele (geen zin), Tom Jones (geen idee). Het applaus in de Royal Albert Hall op 4 oktober was er niet minder om. Dit had David Arnold toch maar mooi geregeld.
Dan was er deze maand de reprise van Casino Royale in Concert; opnieuw mocht Arnold een retourtje South Kensington richting de Hall declareren.
Ondertussen liep hij rond met een geheim. Een geheim dat hij met pijn en moeite verborgen hield. Vorige week was het nieuws dan daar: zijn Bond-debuut Tomorrow Never Dies (1997) heeft een La-La Land-behandeling ondergaan en is sinds enkele dagen verkrijgbaar op een superdeluxe dubbel-cd. Ondanks dat velen de meeste muziek van deze film na 25 jaar inmiddels in bezit heeft, inclusief tracks die niet op de originele 1-disc uit 1997 staan, is dit toch een mooi toetje voor 2022.
Arnold is de laatste maanden sterker met James Bond verbonden dan de tien jaar daarvoor. Barbara Broccoli doet er verstandig aan om de vijfvoudig Bond-componist aan te trekken voor het debuut van 007 nummer zeven. Ten eerste omdat de Broccoli’s zelf geen verstand van muziek hebben, ten tweede omdat Arnold na al die jaren biscuitjes eten bijna uit elkaar knalt van inspiratie (als ik hem was zou ik alle mogelijke killer-tunes achter de hand houden voor een mogelijk nieuwe Bond-opdracht, want niets is zo belangrijk als 007), ten derde omdat David Arnold een stabiele factor is. De man levert sowieso, des te belangrijker met een nieuwe Bond-acteur die in zijn eerste missie wellicht nog wat wankel op zijn beentjes staat. Een muzikale begeleiding door een oude rot is dan meer dan welkom.
Barbara Broccoli en David Arnold
David Arnold is geen John Barry. Daarvoor levert de zestigjarige componist te weinig memorabele thema’s af. Daar waar Barry er drie, vier, vijf per film uit zijn mouw schudde, moet Arnold het er met een beetje geluk met één doen. Maar wat er uit zijn kokertje komt (White Knight, Welcome to Cuba, Night at the Opera) is fenomenaal. Als er iemand is die de Bond-sound begrijpt, is hij het wel. Bovendien is het ook gewoon een aardige jongen. Tag hem in een tweet; David G. Arnold reageert wel.
De aankondiging van de hernieuwde soundtrack van Tomorrow Never Dies (Arnolds beste) leverde op social media trouwens nog veel beter nieuws op. John Barry’s Moonraker is een ondergewaardeerd meesterwerk dat nooit in zijn volle glorie te horen is geweest. Ik was in dezen niet te beroerd om La-La Land nog maar eens een tip te geven. Het zijn niet zozeer David Arnolds Bond-werken waar we naar smachten (Die Another Day en The World Is Not Enough kwamen al enkele jaren eerder uit), hoe sympathiek en beter iets dan niets deze geste ook is. Nee, het is John Barry, en met stip op nummer één dus Moonraker dat eenieder door zijn speakers wil laten schallen. Nou, dat gaat na meer dan veertig jaar gebeuren, aldus lieden die daar meer van af schijnen te weten.
Het feit dat de originele Moonraker-tapes onvindbaar zijn, blijkt volgens beterwetenden onjuist. De opnamebanden zijn niet zoek, maar bevinden zich in Parijs, daar waar John Barry in 1979 zijn orkest de pannen van het dak liet spelen in studio Davout. Sterker nog, La-La Land Records had naast Tomorrow Never Dies zowel Licence to Kill als Moonraker op de rol staan om opnieuw uit te brengen, destijds ter viering van de dertigste en veertigste verjaardag van de films. De pandemie gooide ook hier roet in het eten, want een oude Bond-plaat uitbrengen terwijl alle aandacht naar het noodlijdende No Time to Die dient te gaan, is not done. Dus werd alles op de lange baan geschoven en, zo wil het verhaal, wordt er voor de nabije toekomst gekeken naar én Licence to Kill én naar Moonraker. Dit is enkel een kwestie van tijd.
Ook David Arnold moet hiermee in zijn nopjes zijn. Want als er iemand van James Bond-muziek houdt, zijn wij het wel.
Deze column verschijnt ook bij James Bond Nederland.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten