Het eerste gouden jubileum: Dr. No viert dit jaar zijn vijftigste verjaardag. Officieel pas in oktober, maar voor ons is het 't hele jaar feest.
Van de eerste keer dat ik Dr. No zag, herinner ik mij vrijwel niets. De scène met de spin was bijgebleven. En die haar die Bond op de kast plakt, maar verder weinig.
Als je nu met James Bond zou beginnen, raad ik aan om het in de juiste volgorde te doen. Dus eerst deze film uit 1962. Maar makkelijk zal dat niet zijn. Dr. No is zeker vermakelijk, maar het is nog niet de Bond die we vanaf de tweede film From Russia with Love zouden zien. Ondanks de snelle montage van toen is het nu allemaal wat traag. De muziek van Monty Norman werkt ook niet lekker mee. James Bond moest zich duidelijk nog ontwikkelen.
Toch is Dr. No een goede film. Vooral de simpelheid is charmant. Zeker als je dit vergelijkt met de explosies uit de latere avonturen. Het kon prima met een budget van 1 miljoen dollar. James Bond is hier nog een echte spion die het van zijn speurneus moet hebben en handige trucjes, zoals die haar.
Wat heerlijk moet dat zijn geweest in oktober 1962 (of hier in januari 1963) dat je een stevige eerste Bond-film had gezien en nog kon dromen van al die andere avonturen van Ian Fleming op het witte doek. Het bleek het wachten meer dan waard.
Een ander feestvarken is de vijfde Bond-film, You Only Live Twice uit 1967, de film die 45 kaarsjes uit mag blazen dit jaar. Deze zag ik voor het eerst op een zolderkamertje bij een vriend. Op zo'n klein vierkant tv'tje. Ik vond de film bijzonder amusant. Een beetje vreemd ook, maar dat zal aan de Oosterse invloeden liggen. Vooral die auto opgetild door een magneet aan een helikopter herinner ik mij nog goed.
Tegenwoordig heb ik wat moeite met You Only Live Twice. De figuur James Bond is totaal niet aanwezig in de film. Alles wat Sean Connery doet, gebeurt op de automatische piloot. De Blofeld die we te zien krijgen in de gedaante van Donald Pleasence is er ook geen om trots op te zijn. De enige reden voor mij om deze film aan te zetten zijn de prachtige beelden van Freddie Young (zie ook Lawrence of Arabia), de uitzinnige decors van Ken Adam en onvergetelijk: de muziek van John Barry. Wat heerlijk.
Regisseur Lewis Gilbert werd tien jaar na You Only Live Twice weer teruggevraagd voor The Spy Who Loved Me. Naar het enige boek van Ian Fleming waarvan alleen de titel gebruikt mocht worden, en de eerste die solo door Cubby Broccoli werd geproduceerd. Zou hij (en Bond) overleven ná de breuk met voormalig compagnon Harry Saltzman?
The Spy Who Loved Me bewijst dat Broccoli het prima alleen kon. Deze tiende film in de reeks is een best-of-Bond geworden. Verhaaltechnisch lijkt de film bijzonder veel op You Only Live Twice (en op Moonraker van twee jaar later, ook van Gilbert). Goede ideeën uit voorgaande films worden zonder schroom gekopieerd en op effectieve wijze opnieuw ingezet. Neem bijvoorbeeld de Lotus Esprit die net zo frivool is uitgedost als de Aston Martin uit Goldfinger. Maar dat wil allemaal niet zeggen dat het slechts is. Verre van. Het werkt hier gewoon. The Spy Who Loved Me is een lekkere film. Hier zou geen enkele nieuweling moeite mee hebben om mee te beginnen.
Toen James Bond 25 jaar bestond, werd dat ook gevierd met een nieuwe film. En met een nieuwe Bond. Timothy Dalton laat in The Living Daylights een totaal andere 007 zien dan Roger Moore in zijn zeven voorgaande avonturen. Dalton is meer van het kaliber Connery. Een Bond met ballen.
De eerste keer The Living Daylights was voor mij in 1994, een paar dagen nadat mijn opa (1915 - 1994) was overleden. Hij had de week daarvoor A View to a Kill nog gezien, als laatste film ooit. Dat is pas echt pech hebben. RTL4 zond die zomer alle Bond-films uit de jaren tachtig uit. Gek genoeg herinner ik mij die eerste keer The Living Daylights helemaal niet meer. Licence to Kill van een week later staat mij namelijk nog vrij helder voor de geest.
De titelsong van a-ha heb ik altijd een waanzinnig nummer gevonden. De pre-title sequence op Gibraltar behoort ook tot het beste uit vijftig jaar Bond. En die Dalton, met zijn rauwe stem, die strakke blik. Dat is gewoon een steengoede James Bond. Zo jammer dat hem maar twee films gegund zijn.
Ach ja, Die Another Day. Tien jaar alweer. Destijds dus tijdens de viering van veertig jaar James Bond. Ik moest er voor uitwijken naar België, want in Nederland zaten tovenaars Harry Potter en Gandalf in de weg. Ze durfden het hier niet aan om James Bond tegelijkertijd in de bios uit te brengen, dus moesten we wachten tot januari 2003. In België, en de rest van de wereld, dachten ze daar anders over.
Het eerste uur is best goed te pruimen. Maar zodra de onzichtbare Aston Martin in beeld komt en Bond naar IJsland vertrekt, wordt Die Another Day een draak van een film. Had niet gehoeven, want het uitgangspunt is het boek Moonraker, en dat is geen slecht begin. Helaas pakte het totaal anders uit...
I know, het is allemaal wat kort door de bocht. Over Dr. No alleen al kun je een boek schrijven. Maar dit zijn dus de vijf jubilea van 2012. Doe er mee wat je wilt. Van Dr. No zijn we zeker nog niet af. Die titel gaat dit jaar nog vaak genoemd worden. ...En terecht.
1 opmerking:
Er gaat niks boven een oldscool James Bond, mijn man is helemaal fan en kijkt ze eer op keer!
Een reactie posten