...Dat mag wel iets genuanceerder, toegegeven: The Living Daylights is een goede film, maar oogt minder serieus dan altijd wordt aangenomen. De situaties waarin Bond terecht komt zijn soms behoorlijk slapstick. Neem bijvoorbeeld de scène waarin Jeroen Krabbé in de Pig wordt gestopt. De manier waarop Bonds handlanger Rosika Miklos de supervisor uitschakelt is tenenkrommend.
Zo is er ook een terecht geschrapte scène, te zien als extra op de dvd. Hierin ontnapt Bond op een zogenaamd vliegend tapijt. Gelukkig heeft deze stunt de uiteindelijke film niet gehaald.
Jeroen Krabbé als Georgi Koskov is ook niet helemaal serieus te nemen als boef. Hij doet het vooral leuk als schlemielige overloper, maar zijn dubbele agenda komt minder overtuigend over. Joe Don Baker (die we later nog zouden zien als Jack Wade in GoldenEye en Tomorrow Never Dies) speelt het grote kind Brad Whitaker. Die meer op heeft met tinnen soldaatjes en levensgrote poppen van zichzelf, dan dat hij een volwaardige tegenstander is. Bond veegt erg makkelijk de vloer met ze aan.
Natuurlijk zitten er ook tal van sterke staaltjes in de film. De pretitles op Gibraltar, de 'ontvoering' van Koskov, Bond die de opdracht krijgt generaal Pushkin te elimineren, de samenwerking met Saunders, het eindgevecht met Necros. En vergeet vooral de waanzinnige goede muziek niet, met name de titelsong van a-ha en The Pretenders op de walkman van Necros.
Al met al is The Living Daylights een ontzettend fijne Bond-film geworden. Pas echt serieus werd het met opvolger Licence to Kill, de tweede Dalton, die ik bij nader inzien toch net iets beter vind.
1 opmerking:
2031 LIVING DAYLIGHTS
kijkdichtheid: 2.9
marktaandeel: 7.1
absoluut aantal: 436.000
Bijna een half miljoen is niet slecht, zeker niet voor een film. Maar zoals altijd worden de Bondfilms nog altijd goed bekeken.
Een reactie posten